Gebruikersevents configureren

Hebt u eenmaal een bouwsteen in elkaar gezet en besloten welke gebruikersevents u gaat gebruiken, dan moet u acties gaan koppelen aan die gebruikersevents. Een actie is datgene wat gebeurt wanneer de eindgebruiker de gebruikersevents van een object in gang zet. U kunt een actie zien als “datgene wat een object doet wanneer een eindgebruiker er interactie mee heeft”.

Een actie wordt als volgt gekoppeld aan het gebruikersevent van het object:

  1. Selecteer het object.
  2. Klik op het tabblad Event in het Interactief-palet.
    QuarkXpress pal interactive event startbutton Gebruikersevents configureren

    Via het tabblad Event in het Interactief-palet kunt u acties toekennen aan gebruikersevents. U kunt ook acties gebruiken in scripts.

  3. Wilt u specificeren dat een cursor moet verschijnen wanneer de muis van de gebruiker boven het object staat, dan moet u een cursor kiezen in het keuzemenu Cursor.
  4. Kies een event in het keuzemenu Gebruikersevent (zie “Een gebruikersevent kiezen“).
  5. Om een geluid te specificeren dat moet worden afgespeeld wanneer het gebruikersevent optreedt, kiest u een optie in het keuzemenu Eventgeluid:
    • Wilt u een geluidsbestand importeren, dan kiest u Ander(e) in het keuzemenu Geluid.
    • Om een geluidsbestand toe te passen dat al ergens anders in het actieve project is gebruikt, kiest u de naam van dat geluidsbestand.
    • Om een pad in te voeren dat tijdens het afspelen zal verwijzen naar een geluidsbestand (zelfs als dat bestand op dit moment niet beschikbaar is), kiest u Extern.
  6. Als u de optie Extern kiest in het keuzemenu Geluid verschijnt het dialoogvenster Externe bestandsverwijzing.
    QuarkXpress db external file reference Gebruikersevents configureren

    Gebruik het dialoogvenster Externe bestandsverwijzing om het pad naar een bestand te specificeren.

    Gebruik een van de volgende methoden om een pad te specificeren:

    • Wilt u verwijzen naar een bestand vanuit uw lokale bestandssysteem, dan kiest u Bestand in het keuzemenu Type, waarna u het pad naar dat bestand specificeert in het Pad-veld.
    • Om een bestand te kunnen gebruiken op het Internet, kiest u URL in het keuzemenu Type, waarna u de URL van het bestand invoert in het URL-veld.
    • Om te verwijzen naar een bestand vanuit uw lokale bestandssysteem via een pad dat is gemaakt door een expressie, kiest u Bestandsexpressie in het keuzemenu Type, waarna u de expressie invoert in het veld Expr of op de knop QuarkXpress btn expression editor Gebruikersevents configureren klikt waardoor het dialoogvenster Expressie-editor wordt geopend.
    • Om te verwijzen naar een bestand op het Internet via een URL die is gemaakt door een expressie, kiest u Bestandsexpressie in het keuzemenu Type, waarna u de expressie invoert in het veld Expr of op de knop QuarkXpress btn expression editor Gebruikersevents configureren klikt waardoor het dialoogvenster Expressie-editor wordt geopend.
  7. Om aan te geven wat er moet gebeuren op het moment dat het gebruikersevent plaatsvindt, kiest u een actie in het keuzemenu Actie. Het gebied onder de geselecteerde actie verandert om te laten zien welke parameters aan de actie zijn gekoppeld.
  8. Configureer de parameters voor de actie.
Hoofdonderwerp: Werken met
events

Gebruikersevents configureren