Opmaakstijlen toekennen

Als u een opmaakstijl wilt toekennen aan geselecteerde tekst, moet u een van de volgende handelingen verrichten:

  • Kies Opmaak > Stijl en kies een stijl in het submenu.
  • Kies Opmaak > Tekstspecificaties en klik op de vakjes onder Tekststijlen.
  • Kies een stijl in het keuzemenu Stijlen in het Parameter-palet. Pas vette en cursieve stijlen toe met behulp van de symbolen/pictogrammen links van het keuzemenu Stijlen. Wilt u alle stijlen uit geselecteerde tekst verwijderen, dan kiest u Alle stijlen verwijderen in het keuzemenu Stijlen.

Intrinsieke fonts zijn aparte in fontfamilies geïntegreerde fontstijlen zoals “Times New Roman MT Std Bd” uit de fontfamilie “Times New Roman MT Std”.

Gesimuleerde fonts zijn platte intrinsieke fonts die zijn aangepast om vet, cursief of vetcursief te simuleren. Als een fontfamilie geen vet- of cursiefvariatie als apart intrinsiek font bevat, kunt u de vet- en cursiefstijlen toepassen zodat uw besturingssysteem een transformatie kan uitvoeren om een vette of cursieve vertaling van het font te maken. Wat u dan krijgt is een gesimuleerd font.

Als u vet op een plat font toepast, probeert het programma eerst een intrinsieke vette versie van het font te zoeken, en als het zo´n font niet kan vinden maakt het een gesimuleerde vette versie van het font.

In opmaken zijn gesimuleerde fonts te herkennen aan waarschuwingspictogrammen omdat gesimuleerde fonts uitvoerproblemen kunnen veroorzaken. Gesimuleerde fonts zijn te herkennen aan de waarschuwingspictogrammen in het Parameter-palet, het Glyphs-palet, het dialoogvenster Tekstspecificaties, het submenu Opmaak > Tekststijl, het dialoogvenster Wijzig teksttypogram, het Verander in-gebied van het Zoek/Verander-palet, het Fonts-paneel van het dialoogvenster Gebruikte (menu Functies), het dialoogvenster Vervang font dat via het dialoogvenster Gebruikte toegankelijk is en het tabblad Tekstspecificaties van het dialoogvenster Rubi.

Opmaakstijlen toekennen