Een imagemap bewerken

Nadat u een imagemap hebt gemaakt, kunt u de hot spots verplaatsen, deze vergroten/verkleinen en ook wissen. Een imagemap wordt als volgt bewerkt:

  1. Selecteer een illustratiekader met een imagemap.
  2. Zijn de hot spots niet zichtbaar, kies dan Beeld > Toon stramien.
  3. Wilt u de afmetingen van een hot spot wijzigen, dan selecteert u de desbetreffende hot spot en sleept u een van de handvatten.
  4. Een hot spot kunt u verplaatsen door hem binnen zijn begrenzingen te slepen.
  5. Wilt u een hot spot wissen, dan selecteert u deze waarna u drukt op Delete/Backspace.
Opmerking: Hot spots worden opgeslagen bij de illustratie waarin ze zijn gemaakt. Als een illustratie wordt gedupliceerd, verplaatst, vergroot/verkleind, schuingezet of geroteerd, gaan de imagemaps mee.
Hoofdonderwerp: Imagemaps

Een imagemap bewerken